Innovatiemissie duurzame zuivel naar Californië brengt verschillen en overeenkomsten in beeld

In 2015 werd een Letter of Intent getekend tussen Nederland (staatssecretaris van Landbouw Martijn van Dam) en California (Secretary for Agriculture Karen Ross) gericht op samenwerking op het terrein van Climate Smart Agriculture. De samenwerking werd in 2017 en 2019 verder bekrachtigd en uitgebreid, waarbij ook duurzame zuivelproductie een belangrijk aandachtspunt werd. In dit kader vond van 28 november tot 2 december 2022 een innovatiemissie naar Californië plaats.

Gemeenschappelijke uitdagingen

Het doel van deze fact-finding missie, geleid door plv. DG Agro van LNV Guido Landheer, was om een beeld te krijgen van de gemeenschappelijke uitdagingen in de melkveehouderijsector en mogelijke terreinen voor (onderzoeks)samenwerking tussen Nederland en Californië. In totaal hebben, naast de WUR Dairy Campus, FME en LTO, acht bedrijven deelgenomen aan de missie: Achmea, Hanskamp AgroTech, Keydollar, Lely, Rinagro, Royal Agrifirm, Royal GD en Trioliet. Vanuit Californië werd deelgenomen door The Vine en University of California Agriculture & Natural Resources (UCANR).

Intensief programma

Tijdens de missie werd een breed scala aan bedrijven bezocht: van een kleinere meer op biologische wijze geproduceerde melkveehouderij en kaasmakerij met rond 400 melkkoeien tot een zeer grootschalig bedrijf met meer dan 12.000 koeien. Op één bedrijf na werden in alle bedrijven melkrobots gebruikt. Naast bedrijfsbezoeken is tevens een beleids-/onderzoekssessie georganiseerd met California Secretary of Agriculture Karen Ross. Ook vond een Technology Showcase plaats op University of California Merced, waar de Nederlandse deelnemers en Californische bedrijven zich konden presenteren.

Emissiereductiedoelen voor methaan

Californië heeft een omvang van bijna 404.000 km2 en beschikt over 1.250 melkveehouders met in totaal 1,7 miljoen melkkoeien. Nederland met een omvang van bijna 42.000 km2 heeft momenteel 1.59 miljoen melkkoeien en 15.700 melkveehouders. 19% Van alle melk in de VS is afkomstig uit Californië. De staat is daarmee de belangrijkste melkproducent in de VS. De verkoopwaarde van de melk is $ 6.3 miljard. Hoewel er minder vloeibare melk wordt gedronken in de VS neemt de consumptie van zuivelproducten nog steeds toe. De consumptietoename van luxe koffiedrankjes met (zoete) zuivelingrediënten, maar ook van kaas en yoghurt, spelen daarin een belangrijke rol.

Het percentage Greenhouse Gas (GHG) emissies uit de landbouw in Californië is 9%, de transportsector draagt 38% bij, de industriële sector 23%, en de energiesector 11%. Van de 9% uit de landbouw is 37% afkomstig uit mestmanagement, 35% uit enterische fermentatie en bodemmanagement is 18%.

Beeld: ©CDFA

Vrijwillige methaanemissie reductieprogramma’s voor melkveehouders

Er zijn verschillende wet- en regelgevingen in Californië gericht op het reduceren van methaanemissie. In de Short-lived Climate Pollutants Law (SB 1383, 2016) is een reductieverplichting van methaanemissies vastgelegd van 40% in 2030 in vergelijking met 2013. Daarnaast is sinds 2014 de California Short-lived Climate Pollutants Strategy van kracht (SB 605).

Het California Department of Food and Agriculture (CDFA) heeft in dit kader verschillende vrijwillige regelingen voor melkveehouders ontwikkeld.

Onder het Dairy Digesters Research and Development Program (DDRDP) kunnen melkveehouders een mestvergister op het bedrijf installeren. Sinds 2014 zijn 131 vergisters gebouwd in Californië, waarmee volgens berekeningen van CDFA de uitstoot van CO2 met 2.3 MT is gereduceerd.

Beeld: ©CDFA

Daarnaast heeft CDFA een Alternative Manure Management Program (AMMP) ontwikkeld voor projecten gericht op duurzame mestmanagement-projecten, waaronder composteren, scheiden van de dunne en de dikke fractie en weidebeheer. CDFA heeft berekend dat het DDRDP-programma en het AMMP-programma gezamenlijk jaarlijks de uitstoot van CO2 met rond 2,55 Metric Ton reduceren. Dit is 8,1% van de totale GHG emissies uit de Californische landbouwsector.

Beeld: ©CDFA

Duurzame productie ook prioriteit voor de sector: op vrijwillige basis en met inzet op financiële instrumenten

Vanuit de Amerikaanse melkveehouderijsector wordt Californië gezien als een van de meest gereguleerde staten, zowel op het terrein van land, water als lucht. Er gelden verschillende regels op statelijk, regionaal en lokaal niveau. Het aantal stuks melkvee in Californië neemt jaarlijks met 1 procent af. Kosten en regels worden als de belangrijkste redenen genoemd voor Californische melkveehouders om te sluiten, te verplaatsen naar een andere staat in de VS, of uit te breiden in een andere staat of te consolideren. Dit verschuiven van melkveehouders naar andere staten wordt ‘leakage’ genoemd.

Volgens de Californische melkveehouderijsector kunnen de gestelde emissiereducties worden behaald zonder nieuwe wet- en regelgeving. Agressieve reductiedoelen in de keten spelen hierbij een belangrijke rol. Het verplicht de melkveehouderijsector om verder te verduurzamen. De overheid wordt gezien als een belangrijke partner die veel kan doen, echter bij voorkeur zonder nieuwe wet- en regelgeving op te leggen. Hierbij valt te denken aan het opzetten van publiek-private partnerschappen, het aanbieden van steunprogramma’s zoals AMMP en DDRDP, het ontwikkelen van pilot-projecten en het gezamenlijk opzetten van een onderzoek tussen overheid, kennisinstellingen, de industrie en NGO’s.

Andere aandachtspunten

Andere aandachtspunten, die tijdens de missie naar voren worden gebracht, zijn onder andere de belangstelling voor onderzoeksprojecten en pilots gericht op het verder verwaarden van mest (hiervoor is door CDFA de Manure Recycling and Innovative Products Task Force opgezet), het opzetten van nieuwe compostfaciliteiten, vermi-composteren (gebruik van wormen voor het maken van compost), het ontwikkelen van kleine kunstmestfaciliteiten voor vloeibare ammoniak en het gebruik van alternatieve reststromen als voer. Opvallend was daarnaast dat het hoge zoutgehalte in de bodem misschien nog wel als een groter probleem werd gezien dan methaan of stikstof.

Beeld: ©Dairy Cares

Conclusies

Het is duidelijk dat er veel verschillen, maar ook overeenkomsten zijn tussen Nederland en Californië in de melkveehouderij.

  • De schaal in Californië is aanmerkelijk groter dan in Nederland. Tijdens de missie zijn bedrijven bezocht tussen 400-12.000 stuks.
  • Het vee wordt grotendeels met voer van buitenaf gevoerd in tegenstelling tot Nederland waar koeien voor een belangrijk deel van het jaar op grasland worden gehouden.
  • De dieren worden veelal in open stallen gehouden.
  • De mest wordt voornamelijk opgeslagen in lagunes die gekoppeld zijn aan mestvergistingssystemen, veelal aangeschaft met een flink percentage aan overheidsfinanciering.
  • De jonge dieren blijven soms niet op het bedrijf, maar worden op andere locaties (buiten de staat) gehouden totdat ze nodig zijn.
  • De Californische overheid geeft relatief hoge subsidies uit het Cap and Trade budget,dat een onderdeel is van het California Climate Investments Program. Tijdens de missie werd duidelijk dat melkveehouders zich vaak beperken tot alleen investeringen die mede gefinancierd worden door de overheid.
  • De regeldruk vanuit de overheid wordt als intensief ervaren door de Californische zuivelindustrie. De sector is van mening dat verduurzaming van de melkveehouderijsector ook zonder nieuwe (striktere) wet- en regelgeving mogelijk is. Vanuit de primaire productiesector bestaat er nogal wat wantrouwen ten aanzien van de beleidsagenda van de overheid.
  • De algemene visie van de Nederlandse participanten was dat Californië op het terrein van duurzaamheid en klimaat nog tientallen jaren achterloopt op Nederland.

Maar er zijn ook overeenkomsten die mogelijk kansen bieden voor samenwerking tussen Nederland en Californië bij de verdere verduurzaming op zuivelgebied:

  • Er is vanuit de Californische overheid veel aandacht voor emissies, in het bijzonder methaanuitstoot. Stikstof, CO2 en ammoniak lijken vooralsnog een veel lagere prioriteit te hebben.
  • Er bestaat veel zorg over de beschikbaarheid van water en de veronderstelling is dat waterschaarste in de toekomst zal toenemen.
  • Vervuiling van het grondwater is een belangrijk zorgpunt voor Californië, de regels op dit terrein worden aangescherpt.
  • Bodemgezondheid is een van de prioriteiten voor CDFA.
  • De winstmarges in de primaire productie zijn klein.
  • Enkele progressieve boeren investeren al in melkrobots (veelal Europese technologie), mestscheidingstechnologie en on-site energieopwekking.

Duidelijk is dat zowel in Nederland als in Californië de uitdagingen groot zijn. Overheid, kennisinstituten, boeren en het bedrijfsleven moeten gezamenlijk werken aan oplossingen. De samenwerking tussen boeren en overheid is in Californië niet vanzelfsprekend. Er bestaat in Californië veel aandacht voor reductie van methaanemissie, mestmanagement, bodemgezondheid en grondwatermanagement. Voor deze trajecten wordt veel financiering beschikbaar gesteld uit de Californische overheid en vooruitstrevende melkveehouders maken hier dankbaar gebruik van. Subsidies lopen op tot 50-65% van de kosten, waaronder voor mestvergisters en elektrische voertuigen. Het ontbreekt in Californië echter aan een meer integrale oplossingsgerichte benadering van de uitdagingen in deze sector. 

Next steps

De WUR Dairy Campus werkt in samenwerking met The Vine/UCANR aan een global technology scan gericht op verschillende innovatiethema’s en concepten, die een belangrijke rol kunnen spelen in internationale samenwerking op het terrein van duurzame melkveehouderij. Deze scan zal de basis vormen voor de volgende stappen in deze samenwerking met Californië en de VS. 

Voor meer informatie over deze samenwerking kunt u contact opnemen met: WAS-LNV@minbuza.nl