Na ruim vier jaar als LVVN-raad in India en Sri Lanka vanuit de Nederlandse ambassade in New Delhi blikt Michiel van Erkel terug op een bijzondere periode. Wat begon in de coronatijd groeide uit tot een intensieve samenwerking met een land vol ambities. ‘India wordt vaak onderschat. Het is geen land van honger en wanorde, maar een opkomende voedselmacht met enorme potentie waar Nederland echt iets te bieden heeft.’

Voordat hij in 2021 naar New Delhi vertrok, was Michiel onder andere manager internationale agribusiness bij het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) en daarvoor afdelingshoofd bij Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. ‘Ik kende het LVVN Attaché Netwerk (LAN) van binnenuit. Toch wilde ik het zelf ook een keer meemaken. Dus toen de kinderen uit huis waren, zijn mijn vrouw en ik gegaan.’ Het werd India, midden in coronatijd. ‘Een surrealistische ervaring: lege straten, mondkapjes, geen sociale bubbel zoals in Nederland. Maar ik kende het land al van eerdere werkbezoeken en wist: achter de hectiek zit een enorme potentie.’

Michiel van Erkel

India als zelfvoorzienende voedselmacht

India telt 1,4 miljard inwoners en is economisch in opmars; het is inmiddels de vierde economie ter wereld. Ook op landbouwgebied is het land grotendeels zelfvoorzienend: honger is verleden tijd, maar er zijn wel forse uitdagingen op het gebied van voedselkwaliteit, duurzaamheid en veiligheid. India produceert de meeste melk ter wereld en is een belangrijke speler in granen, rijst en vis, waaronder garnalen.

Tegelijkertijd wil het land zijn exportpositie versterken. Dat biedt kansen voor Nederland, bijvoorbeeld op het gebied van voedselveiligheid, residuen en antibioticaresistentie (AMR). Een concreet voorbeeld is de garnalenexport naar Europa, waarbij Nederland als toegangspoort fungeert, maar veel zendingen worden geweigerd vanwege te hoge antibioticawaarden. Michiel legt uit: ‘In India wordt antibiotica nog vaak preventief ingezet bij dieren; daarom werkt Nederland samen met lokale partners aan bewustwording en duurzamere methoden.’

Ontmoeting met Punjab Chief Minister Mr. Bhagwant Mann

Focus op bedekte tuinbouw en zuivel

Omdat India te groot is om op alle fronten tegelijk in te zetten, is gekozen voor een duidelijke focus: bedekte tuinbouw en zuivel. In beide sectoren is veel vraag naar Nederlandse kennis, van uitgangsmateriaal en kassenbouw tot precisielandbouw en klimaatbeheer. ‘Die interesse groeit zichtbaar, bijvoorbeeld tijdens internationale beurzen als GreenTech, waar steeds meer Indiase delegaties aan willen deelnemen – al vormen visumaanvragen soms nog een knelpunt. Ook binnen de zuivelsector zijn de banden aangehaald: waar voorheen nauwelijks samenwerking was, bouwen beide landen nu gezamenlijk aan een Center of Excellence voor zuivel in de deelstaat Karnataka.’

Binnen de zogeheten ‘combitrack Tuinbouw’ wordt onder meer gewerkt aan de commerciële realisatie van een eerste hoogwaardige kas. En na een eerdere studie naar de Indiase zuivelsector, werkt de ambassade samen met de Indiase overheid en Nederlandse bedrijven aan de oprichting van een Indo-Dutch Dairy Training Centre in Karnataka.

‘Er is veel vraag naar Nederlandse kennis, van uitgangsmateriaal en kassenbouw tot precisielandbouw en klimaatbeheer’

Centers of Excellence: investeren in kennisoverdracht

Een van de speerpunten in de samenwerking van India met het buitenland is het opzetten van Centers of Excellence (CoE’s). India betaalt, Nederland levert kennis en technologie. ‘Het is een enorm compliment dat we zijn uitgenodigd om die centra mee vorm te geven. Een aanpak die internationaal slechts zelden wordt toegepast.’

De CoE’s zijn opgezet in samenwerking met Indiase deelstaten en richten zich op onderwerpen als bedekte teelt, watermanagement, gewasbescherming en zuivel. In deze centra wordt Nederlandse technologie op maat toegepast, aangepast aan de specifieke behoeften van de lokale boeren en klimatologische omstandigheden. ‘Denk aan plastic tunnels, klimaatcomputers, druppelirrigatie en biologische gewasbescherming. Voor veel kleine boeren is dit een eerste kennismaking met moderne technieken.’

In het begin was de opstart traag: het duurde zeven jaar om de eerste drie CoE’s operationeel te krijgen. Maar sinds de premier van India in 2021 heeft uitgesproken dat er 25 CoE’s moeten komen in 2025, is de vaart erin gekomen. ‘We hopen eind dit jaar 18 centra operationeel of in vergevorderd stadium van ontwikkeling te hebben. Het doel van 25 is ambitieus, maar we komen er dichtbij. Kwaliteit voor kwantiteit.’
Hoewel het Nederlandse bedrijfsleven niet altijd rechtstreeks via de CoE’s profiteert – India bepaalt zelf welke technologieën worden toegepast – leveren ze wel diplomatiek en strategisch rendement op. ‘Ze versterken het imago van Nederland als innovatieve landbouwpartner. Tegelijkertijd helpen ze bij het agenderen van duurzaamheid, watergebruik en bodembeheer op nationaal niveau.’

Michiel benadrukt dat het vooral draait om voorbeeldwerking. ‘We laten zien wat mogelijk is met relatief eenvoudige maar slimme innovaties. Daarmee zetten we een beweging in gang die uiteindelijk ook commerciële kansen creëert voor Nederlandse partijen.’

Opening Skretting fabriek Gujarat 2023

Biodiversiteit en bodemherstel

Michiel noemt biodiversiteit ‘een thema dat India steeds serieuzer neemt’. In mei 2024 tekende hij namens Nederland een biodiversiteitsproject met IDH. ‘We helpen boeren in koffiegebieden met advies over inheemse boomsoorten. Simpele maatregelen kunnen al grote impact hebben op bodem, water en biodiversiteit.’

Hij verwijst ook naar eerdere ervaringen in Sri Lanka, waar vergelijkbare projecten leidden tot minder erosie, betere waterhuishouding en meer soortenrijkdom. ‘India heeft de ambitie, wij kunnen ondersteunen – zolang we het niet belerend doen maar juist openstaan om ook zelf te leren van India.’

Bedrijfsbezoek KF Bioplants Pune 2022

LAN team verspreid over India en Sri Lanka

Een belangrijk fundament onder het werk van Michiel is het team waarmee hij samenwerkt. 'Ik heb het geluk gehad dat ik vrijwel alle mensen in mijn team zelf heb kunnen aannemen en inwerken. Het zijn jonge, energieke professionals die elk hun eigen regionale en thematische expertise meebrengen.'

Zijn team in India bestaat uit vier mensen: twee op de Nederlandse ambassade in Delhi, één op het Consulaat-Generaal in Mumbai en één in Bangalore. In Delhi werkt hij nauw samen met Sritanu Chatterjee, de senior agrarisch adviseur en Rima Rai, zijn onmisbare office manager. In Mumbai vertegenwoordigt Prasad Parte (agrarisch adviseur) het LAN team en in Bangalore is dat Surya Vaddadi (eveneens agrarisch adviseur). ‘We zijn geografisch verspreid, omdat India zó groot is. Delhi is het bestuurlijke hart, Mumbai het zakencentrum en Bangalore is belangrijk voor technologie, tuinbouw en zuivel.’ In Sri Lanka wordt Michiel bijgestaan door agrarisch adviseur Nishan Dissanayake, maar de LVVN-aanwezigheid in Sri Lanka stop daar vanaf 1 september 2025.

De samenwerking binnen het team is intensief, digitaal én fysiek. ‘We overleggen regelmatig, stemmen strategieën af en sparren over hoe we het Nederlands bedrijfsleven het beste kunnen positioneren. Ik ben trots op de manier waarop het team zich ontwikkeld heeft en op de impact die zij zelf ook maken.’

LAN-team India en Sri Lanka. Kloksgewijs vanaf middenboven: Michiel van Erkel, Nishan Dissanayake, Prasad Parte, Surya Kiran Vaddadi, Sritanu Chatterjee, Rima Rai

Geduld en relatiebeheer

Een belangrijke les: succes in India vraagt tijd. ‘Toegang tot de markt voor bijvoorbeeld Echinacea kan zomaar zeven jaar duren. En dan moet je voortdurend in contact blijven, vriendelijk blijven en geduld hebben.’ Daarom hamert Michiel op het belang van relatiebeheer. ‘Alles draait om vertrouwen. Investeer in persoonlijk contact – fysiek en digitaal. Bijvoorbeeld door te appen (WhatsApp is in India een veelgebruikt communicatiemiddel) en wees actief op sociale media. Maar laat vooral ook je gezicht zien, reis naar de regio’s. India is meer dan alleen Delhi.’

‘Delhi is het bestuurlijke hart, Mumbai het zakencentrum en Bangalore belangrijk voor technologie, tuinbouw en zuivel’

Strategisch partnerschap

India en Nederland werken sinds kort aan een strategisch partnerschap. ‘Het gaat verder dan landbouw: ook defensie, ruimtevaart en groene waterstof staan op de agenda. Maar landbouw vormt een van de oudste pijlers van de samenwerking, met een Memorandum of Understanding uit 1994.’ De CoE’s en nieuwe initiatieven in zaadveredeling en clean planting materials (gewassen die vrij zijn van ziekten en plagen, met name virussen en schimmels) passen goed binnen dat bredere kader. ‘Ze tonen aan dat we een betrouwbare partner zijn die duurzame ontwikkeling stimuleert.’ Michiel is erg trots op het recent samen met SeedNL opgerichte Indo-Dutch Seed Secretariat. Via dit platform bundelen overheden en het bedrijfsleven hun krachten om de sector verder te versterken.

Privé-indrukken

Michiel reist veel voor zijn werk, maar is ook privé onder de indruk van India. ‘Meghalaya in het noordoosten was onvergetelijk: een mix van berglandschap en natuurwonderen zoals levende wortelbruggen. Over nature based solutions gesproken…’ Ook het moment waarop hij een tijger zag in een nationaal park staat op zijn netvlies gebrand. ‘Dan weet je: mijn India-ervaring is compleet.’

Slotadvies

Michiel vertrekt binnenkort uit India en draagt het stokje over aan zijn opvolgster Marion van Schaik. Zijn advies voor wie in India wil werken? ‘Wees zichtbaar en bouw aan vertrouwen, investeer zakelijk en persoonlijk in je relaties. India is geen makkelijke markt, maar wel een van de meest betekenisvolle waar ik ooit gewerkt heb’. 

Handelsmissie naar India

Het ministerie van Buitenlandse Zaken is voornemens in de week van 27 oktober 2025 een handelsmissie naar India te leiden onder leiding van staatssecretaris Hanneke Boerma. Deze handelsmissie richt zich op twee sectoren:

  • Duurzame voedselsystemen in land- en tuinbouw (Delhi en Mumbai)
  • Maritiem en haveninfrastructuur

Specifiek voor de sector ‘Duurzame voedselsystemen in land- en tuinbouw’ worden bedrijven en kennisinstellingen uitgenodigd die hun bestaande netwerk willen versterken of de Indiase markt willen verkennen. Volg de aankondiging van deze (en andere handelsmissies wereldwijd) op RVO.nl