Vegetarisch/veganistisch versus vleesconsumptie: 1-0 in België!

De vleesconsumptie vertoont al een aantal jaar een duidelijk dalende lijn in België (zie ook ons artikel ‘De Belgische Vleessector 2014-2018’)  en in lijn daarmee winnen een vegetarische en veganistische levensstijl aan populariteit. De drijvende krachten achter deze populariteitswinst zijn 2 Belgische organisaties: EVA (Ethisch Vegetarisch Alternatief) en BeVegan.

Vegetarisch voedsel
Beeld: ©Canva

EVA

EVA werd in 2000 opgericht te Gent en is inmiddels uitgegroeid tot de 2e grootste vegetarische organisatie in Europa. Sinds 2005 ontvangt EVA subsidies van de Vlaamse overheid en de stad Gent. EVA focust zich vooral op sensibilisering van en op stapsgewijze gedragsverandering bij het grote publiek. Daartoe heeft zij, naast restaurantgidsen voor Antwerpen en Gent, een aantal succesvolle campagnes gelanceerd:

  • Donderdag Veggiedag: voor het eerst gelanceerd in en door de stad Gent als onderdeel van een succesvolle city-marketingstrategie. Inmiddels kennen ook andere Belgische steden deze campagne: Brussel, Sint-Niklaas, Hasselt, Mechelen, Kortrijk, Evergem, Oostende en Eupen. Onderzoek heeft aangetoond dat deze campagne kan bogen op een indrukwekkend resultaat: zo eet 43% van de deelnemers minder vlees en is 28% vegetariër geworden na deel te hebben genomen aan deze campagne. 
  • De Langste Veggietafel: wordt ieder jaar in Mechelen georganiseerd op de Grote Markt, maar inmiddels zijn ook andere steden dit voorbeeld gevolgd. 
  • De VeggieChallenge (in samenwerking met ProVeg International): doel is om mensen aan te moedigen om een maand lang vegetarisch te eten. Voor het eerst gestart op 1 maart 2020. 

Maar behalve bij het grote publiek promoot EVA het vegetarische menu ook via aparte communicatie bij de zogeheten ‘grootkeukens’ en foodprofessionals (bedrijfsrestaurants, ziekenhuizen, scholen, hotels, …..).

BE Vegan

BE Vegan werd in 2014 opgericht als de Belgische veganistische vereniging. Bekende campagnes zijn:

  • het jaarlijkse Vegan Summer Fest 
  • de “Try Vegan”-campagne die Belgen wil aanzetten om een hele maand (november 2020) veganistisch te eten met behulp van een online coachingsprogramma. 

Tegengeluid

En marge van bovenstaande evenementen zijn er met enige regelmaat in België ook landbouw- en sectororganisaties die wijzen op het belang van een lokale vleesproductie (o.a. voor behoud van vruchtbare bodem, efficiëntie van Belgische vleesproductie,….). Deze belangengroepen ijveren er voor om het debat breder te trekken dan alleen de nadelige facetten van vleesproductie te benoemen. 

Brede Doelgroep

Naar schatting bedraagt het aantal ‘echte’ vegetariërs in België een half miljoen mensen, of te wel zo’n 6% van de bevolking. Deze groep heeft ondanks zijn kleine aantal een niet te onderschatten invloed als “opinion makers“ op het maatschappelijke debat. Daarnaast is er ook nog een grote groep flexitariërs, die op vrijwillige basis 3-4 keer in de week vegetarisch eet. Een andere doelgroep bestaat uit bepaalde religieuze groeperingen, die zich buitenhuis (restaurants, ziekenhuizen….) eerder wenden tot de vegetarische kaart als ‘veilige’ keuze. Voorbeelden hiervan zijn de aanhangers van de hindoe- en jainreligies, moslims en orthodoxe joden. Tot slot zijn er nog de mensen die wegens allergieën (bijv. koemelkallergie, lactose-intolerantie) zich beperken tot een vegetarisch menu.

In België bestaan de aanhangers van een vegetarische of veganistische levensstijl vooral uit jongeren, vrouwen, hoger opgeleiden en stedelingen. De drijfveer voor jongeren (<34 jaar) voor deze alternatieve levensstijl wordt vooral ingegeven door een stijgende bezorgdheid over dierenwelzijn en milieu, terwijl 55-plussers aangeven eerder geleid te worden door het gezondheidsmotief. Opvallend is verder de snelheid waarmee een vegetarische levensstijl aan een opmars bezig is onder jongeren (van 12% in 2016 naar bijna 25% in 2020).

Regionale verschillen, maar overal een positieve tendens

Binnen België is Brussel de onbetwiste koploper op het gebied van een vegetarisch/veganistisch menu en de stad volgt daarmee een tendens die al langer zichtbaar is in andere hoofdsteden. Het Brusselse succes kan waarschijnlijk verklaard worden door de geslaagde samenwerking tussen EVA en Leefmilieu Brussel als onderdeel van de uitgewerkte voedselstrategie ‘Good Food’ van het Brussels Gewest. Maar ook in andere (Vlaamse) steden als Antwerpen en Gent (thuishaven van EVA) scoort een veggie eetgewoonte goed.

Tot 2018 kende de vegetarisch/veganistisch levensstijl in Wallonië minder aanhangers, waarschijnlijk door de dominante invloed van de Franse eetcultuur (veelal vlees als maaltijdcomponent) en het feit dat de sensibiliseringscampagnes daar in eerste instantie minder goed van de grond kwamen. Echter, sinds 2-3 jaar beleeft Wallonië een serieuze inhaalslag en inmiddels scoort het op dit gebied zelfs beter dan Vlaanderen.

Dalende vleesconsumptie en stijgende populariteit van vegetarische alternatieven

In België doet zowel het marktonderzoeksbureau iVox als GfK Belgium onderzoek naar de eetgewoonten van Belgen. Voor het bureau iVox omvat de term ‘vlees’ zowel rood vlees als gevogelte, terwijl GfK Belgium een onderscheid maakt tussen rood vlees èn gevogelte. Uit bovenstaande figuur van iVox blijkt dat in België vlees nog altijd een belangrijk onderdeel is van de maaltijd, maar dat alternatieven ook beter ingeburgerd raken. En deze laatste categorieën winnen de laatste jaren aan marktaandeel.

Eetfrequentie bij Belgen

Volgens cijfers van GfK Belgium daalde de thuisconsumptie van rood vlees gestaag tussen 2014 en 2019 (van 19,6 kg naar 16,4 kg per persoon). De oorzaken voor deze daling kunnen niet alleen toegeschreven worden aan een grotere consumptie van vegetarische alternatieven. Ook een stijgende buitenhuis consumptie en een grotere consumptie van gevogelte gelden als verklaringen voor deze daling.

Gunstige toekomstvooruitzichten ondanks barrières

Wat betreft de toekomst lijkt het einde van deze positieve trend voor een vegetarisch/veganistisch menu nog niet in zicht volgens een enquête van iVox uit 2018:

  • 63% van de Belgen meent dat nog meer mensen vegetariër zullen worden
  • 43% van de Belgen meent dat nog meer mensen veganist zullen worden
  • 40% van de Belgen is voornemens om meer plantaardig te eten

Vormde in 2016 desinteresse, gevolgd door smaak en prijs, nog de grootste belemmering voor Belgen om over te stappen op een vegetarisch menu, in 2020 waren dat in volgorde van afnemend belang smaak, onvoldoende kookvaardigheden en prijs.

Groeiend aanbod, ook voor andere deelmarkten

Maar een vegetarische levensstijl beperkt zich in België niet alleen tot voeding. Zo zijn er ook Belgische modemerken die zich toeleggen op een vegan lijn: Rombaut, HNST Jeans, Captain Cork, Tropas en Infantium Victoria.

De website van BE Vegan bevat niet alleen een lijst van fysieke verkooppunten voor vegan-producten en webshops, maar ook van internationale vegan kledingmerken, cosmeticaproducten en tattooshops. 

Keurmerken

De benamingen ‘vega’, ‘vegan’, ‘plantaardig’ en ‘veggie’ kennen geen wettelijke bescherming in België. Daarom bestaat er soms wat onduidelijkheid rond de benaming. Zo gebruiken de grotere supermarktketens Delhaize, Colruyt en Bio Planet de term ‘veggie’ voor vegetarisch, terwijl Lidl deze term gebruikt voor zowel vegetarisch als veganistisch (in tegenstelling tot Nederland, waar de term ‘vega’ dan weer gangbaar is voor vegetarisch).

Voor veganistische voeding is ‘vegan’ de meest gebruikelijke benaming, al dan niet in combinatie met ‘plantaardig’, zoals Greenway en Garden Gourmet doen bij hun veganistische burgers.

Vanwege de afwezigheid van wettelijke bescherming van deze benamingen nemen foodproducenten hun toevlucht tot keurmerken, die erkend zijn als vegetarisch of veganistisch door onafhankelijke inspectieorganisaties. De volgende keurmerken zijn in België gangbaar:

Marktkansen voor Nederlandse ondernemers

Na het lezen van bovenstaande tekst behoeft het waarschijnlijk weinig uitleg dat de vegetarisch/veganistisch markt in België ‘booming business’ is en dat er in België volop marktkansen voor leveranciers van deze producten zijn. Afgaande op het feit dat deze markt zich in Nederland in een nog verdere ontwikkelingsfase bevindt, zou het voor Nederlandse ondernemers relatief gemakkelijk moeten zijn om hun actieradius naar België uit te breiden.

Alhoewel ook de Belgische horeca steeds meer vegetarisch/veganistisch menu’s serveren (vooral in de grotere steden), worden eters met speciale dieetwensen in deze eetgelegenheden zeker nog niet overal goed bediend.