Braziliaanse coöperaties overwegen samenwerking met Nederlands bedrijfsleven

Besturen van drie landbouwcoöperaties in de zuidelijke deelstaat Paraná van Brazilië overwegen samenwerking met Wageningen University & Research (WUR) en bedrijven uit de Nederlandse zuivelketen. Deze samenwerking is in eerste instantie gericht op onderzoek dat moet leiden tot verdere ontwikkeling van de melkveesector in het werkgebied van de betrokken coöperaties.

Eind vorig jaar heeft melkveehouderij-econoom Jelle Zijlstra van de WUR samen met een collega-onderzoeker gesprekken gevoerd met onder meer bestuurders van de coöperaties. Dat deed hij op verzoek van landbouwraad Bert Rikken die mogelijkheden ziet voor investeringen door Nederlandse bedrijven in de melkveehouderijketen in de zuidelijke deelstaten van Brazilië.

De missie heeft geresulteerd in een lijst voorstellen voor nader onderzoek op een aantal gebieden waarin het Nederlandse zuivelbedrijfsleven en onderzoeksinstellingen wereldwijd vooroplopen.

Lees verder onder foto

Weidegang op Braziliaanse boerderij
Beeld: ©WUR
Weidegang op Braziliaanse boerderij
Jelle Zijlstra
Beeld: ©WUR
Jelle Zijlstra

Vruchtbare landbouwregio

WUR-onderzoeker Zijlstra is ervan overtuigd dat Nederlandse bedrijven, bijvoorbeeld door financieel te participeren in deze onderzoeken, op langere termijn hun afzetmarkt in de vruchtbare landbouwregio fors kunnen vergroten. “Maar dat is niet vanzelfsprekend. Het zijn de besturen van de coöperaties die nu moeten beslissen over de onderzoeksvoorstellen die de missieleden samen met hun Braziliaanse gesprekspartners hebben ontwikkeld. Uitvoering van onderzoek kost natuurlijk geld en moet voor een belangrijk deel worden gefinancierd door leden van de coöperaties, bijvoorbeeld via een heffing op de melkprijs. Bestuurders vanuit de melkveehouderij zullen dat kritisch beoordelen, net zoals dat in Nederland ook gebruikelijk is.”

Nederlandse emigranten

De betrokken coöperaties zijn actief in Castrolanda, Carambeí en Arapoti. Dit zijn kolonies die in de jaren vijftig van de vorige eeuw door Nederlandse emigranten zijn gesticht. De opvolgers van deze Nederlandse boeren zijn actief in de melkveehouderij, varkenshouderij en akkerbouw. De melkveebedrijven zijn qua technologie en schaal vergelijkbaar met die in Nederland. “Juist daarom is samenwerking voor Nederlandse partijen en zeker ook voor de WUR erg interessant,” zegt Zijlstra.

Onderzoeksinstelling

De drie coöperaties zijn eigenaar van de onderzoeksinstelling Fundacao ABC. Hier wordt praktisch onderzoek uitgevoerd in opdracht van de coöperatiebesturen. Tot nu toe gebeurt dat nauwelijks op het terrein van de melkveehouderij. De onderzoeksinstelling en de coöperatiebesturen vragen zich af of meer onderzoek op het gebied van melkveehouderij meerwaarde zou hebben. Kerndoel van de WUR-missie was om hier voorstellen voor te doen en ook aan te geven welke rol Nederlandse partners daarbij kunnen spelen.

Lees verder onder foto

Melkveebedrijf in deelstaat Paraná
Beeld: ©WUR
Melkveebedrijf in deelstaat Paraná

Verduurzaming sector

Het Wageningse onderzoeksduo heeft eind vorig jaar een groot aantal gesprekken gevoerd met coöperatiebestuurders, onderzoekers van Fundacao ABC en landbouwvoorlichters. Een van de uitdagingen waar de melkveebedrijven in de regio voor staan, is verduurzaming van de bedrijfsvoering. Zijlstra: “De coöperatiebesturen realiseren zich dat dit een belangrijk thema is voor de zuivelafzet, maar de melkveehouders doen er nog weinig aan. Onderzoek moet duidelijk maken hoe de bedrijven op dit moment scoren op het gebied van duurzaamheid. Vervolgens kan onderzocht worden welke maatregelen effectief, haalbaar en betaalbaar zijn. Nederlandse bedrijven kunnen hiervoor de technologie leveren.”

Sensoren

Smart farming staat ook op de lijst met prioritaire onderzoeksthema’s van de Braziliaanse betrokkenen. “Met behulp van sensoren en bijbehorende software kunnen op het gebied van vruchtbaarheid en diergezondheid nog forse stappen vooruit worden gezet. Gespecialiseerde Nederlandse IT-bedrijven lopen hierin voorop. Zij kunnen participeren in het onderzoek.”

Er is ook behoefte aan melkveehouderij-onderwijs op HBO- en universiteitsniveau en aan praktische trainingen. De vraag of een modelboerderij opgericht kan worden is één van de vraagstukken die speelt bij het verkennen van toekomstig onderzoek rond melkveehouderij in het werkgebied van de coöperaties.

'Zo’n nieuwe vorm van samenwerking versterkt de positie van het Nederlands bedrijfsleven in de deelstaat Paraná'

Interesse bij Nederlandse bedrijven

In de zuidelijke deelstaten van Brazilië is al een groot aantal Nederlandse agrobedrijven actief. Voorbeelden zijn CRV, De Heus, Trouw Nutrition, DSM, Lely en Rabobank. Zijlstra: “Een aantal van deze bedrijven is zeker geïnteresseerd in samenwerking met de drie landbouwcoöperaties. Medefinanciering van nieuw op te zetten onderzoek door de Nederlandse zuivelketen blijkt bespreekbaar. De bal ligt nu bij de Braziliaanse coöperatiebesturen. Zij staan voor keuzes rond onderzoek en de mogelijke bijdrage van Nederlandse partners daarbij.”

Niet vanzelfsprekend

Dat laatste is niet vanzelfsprekend. De coöperatiebesturen oriënteren zich ook op samenwerking met bedrijven en kennisinstellingen in andere landen, bijvoorbeeld de Verenigde Staten. Zijlstra: “Dat is logisch. Er bestaat weliswaar een historische band met Nederland, maar de huidige besturen kijken ook elders in de wereld rond. Dat lijkt me vanuit hun positie geredeneerd heel verstandig.”

Andere deelstaten

Zijlstra hoopt dat de coöperaties toch voor Nederland kiezen. “Zo’n nieuwe vorm van samenwerking versterkt de positie van ons bedrijfsleven in de deelstaat Paraná. Vervolgens kan de markt in de andere twee zuidelijke deelstaten, Santa Catarina en Rio Grande do Sul, worden bereikt. Ook in die deelstaten is sprake van een snelle ontwikkeling van de melkveesector.”