HZPC naar World Potato Congress

Directeur Gerard Backx van handelshuis HZPC is blij dat het driejaarlijkse World Potato Congress dit jaar in Peru wordt gehouden. De eerdere congressen vonden plaats in ontwikkelde landen, zoals Australië, Canada en China (2015). “Deze keer in Peru. Ik ben ervan overtuigd dat hierdoor meer aandacht komt voor de ontwikkeling van aardappelketens in armere regio’s, zoals in Centraal Afrika en Azië. Juist daar liggen voor ons bedrijf groeikansen.”

Backx heeft het wereldcongres al verschillende keren bijgewoond. Ook dit jaar – van 27 tot 31 mei in Cuzco – is hij erbij.

Beeld: ©HZPC
Gerard Backx

Mondiale speler

HZPC is een mondiale speler in de teelt en export van pootaardappelen en uitgangsmateriaal. Het bedrijf heeft in Nederland circa 40% van de export van pootaardappelen in handen. De andere grote exporteur is Agrico met ongeveer hetzelfde aandeel.

Het World Potato Congress (WTP) is voor de verdere ontwikkeling van de wereldwijde aardappelsector van groot belang, zegt de HZPC-directeur. “Alle internationale spelers zijn aanwezig. Dan heb ik het over producenten van uitgangsmateriaal zoals wij en mondiale aardappelverwerkers zoals McCain en Aviko, maar ook over de wetenschap. Wageningen UR bijvoorbeeld is er altijd bij.”

Recordjaar

De uitgangspositie van Nederland in het internationale krachtenveld is prima. De cijfers spreken boekdelen. De export van pootaardappelen is de afgelopen jaren decennia fors toegenomen. In 2017 is een record gevestigd: de Nederlandse handelshuizen wisten zo’n 825.000 ton af te zetten in 120 landen. Twintig jaar geleden lag de export nog rond de 400.000 ton.

Nederland heeft 60% van de wereldhandel in gecertificeerd pootgoed in handen. Dat percentage is al jaren stabiel. Omdat de wereldwijde handel jaarlijks toeneemt, gaan er – bij een gelijkblijvend aandeel van Nederland – steeds meer tonnen pootaardappelen de grens over.

Markttoegang

Het verkrijgen van toegang naar nieuwe afzetmarkten vraagt veel energie en tijd. De grenzen van nogal wat landen zijn gesloten voor Nederlandse pootaardappelen. De laatste jaren is het in een aantal van die landen gelukt om toestemming te krijgen voor de export van uitgangsmateriaal. Het gaat dan om genetisch hoogwaardige plantjes in reageerbuizen of om miniknollen. Voorbeeld is India.

Backx: “In samenwerking met het Indiase Mahindri vermeerderen we daar nu pootgoed en hebben we een aantal rassen aangemeld. Van een aantal van de rassen waarvoor we goedkeuring hebben gekregen, verkopen we dit jaar voor de eerste keer pootaardappelen op de Indiase markt. Voor ons een mijlpaal, zeker gezien de enorme marktpotentie in dit land.”

International Potato Center

Een van de organisaties die het komende WPC organiseert is het International Potato Center in Lima, dat in opdracht van de Verenigde Naties onderzoek doet naar aardappelrassen die passen bij de groeiomstandigheden in arme regio’s. HZPC participeert in een aantal onderzoeksprogramma’s. Backx: “Dat doen we ook uit eigenbelang. Deelname levert ons kennis op waarmee we onze eigen rassen nog beter kunnen afstemmen om de aardappelteelt in Afrika en Azië.”

Oude genotypen

Tijdens het congres gaat Backx op bezoek bij boeren die in de bergen rond Cuzco (in de Andes) oude genotypen van aardappelrassen in stand houden. Dit project wordt medegefinancierd door HZPC. “De aardappel komt oorspronkelijk uit deze regio. Behoud van deze levende genenbank is van groot belang. Je weet maar nooit wat er in de wereld gebeurt. Misschien breekt een nieuwe ziekte uit. Dan is goed om terug te kunnen vallen op genen van oorspronkelijke rassen. Financiële deelname aan deze teelt kun je zien als een verzekering waarvoor wij een premie betalen.”

Groeiende populariteit

Backx gaat ervan uit dat de aardappel als voedselgewas de komende decennia aan populariteit wint. Zeker in Azië en Afrika. Dat is een direct gevolg van de hoge voedingswaarde van de aardappel in vergelijking met bij voorbeeld rijst en tarwe. Het effect van de teelt op klimaat en milieu speelt ook een belangrijke rol. “Het gebruik van energie, water en land is in de aardappelteelt aanzienlijk lager dan in de andere grote voedselgewassen. Dit biedt op termijn enorme kansen voor de Nederlandse spelers in de keten.”

200 gr aardappelen 80 gr macaroni 80 gr rijst
Energie-, water- en landgebruik voor de productie van een portie aardappelen, macaroni en rijst (bron: Gerbens-Leenes, 2006)
Energiegebruik (MJ) 0,4 1,1 1,8
Watergebruik (l) 69 128 183
Landgebruik (m2) 0,04 0,15 0,27