Focus Indonesië op versterking ketens

De productiviteit in de landbouw- en visserijsector van Indonesië moet de komende decennia fors toenemen. Naar verwachting groeit het land immers van 267 miljoen inwoners nu naar 360 miljoen in 2050. Naast het opvoeren van de productie heeft het omschakelen naar gewassen met een hogere toegevoegde waarde en de reductie van post-harvest verliezen prioriteit. De focus ligt daarbij op innovatie en agrotechnologie, het verhogen van de arbeidsproductiviteit en het landbouwonderwijs. Indonesië ziet Nederland daarbij als strategisch partner.

Louis Beijer
Louis Beijer

De groeiende middenklasse in Indonesië vraagt steeds meer om hoogwaardige, gezonde en veilige voedingsproducten. Dit betekent dat voedselveiligheid en voedingswaarde aan belangrijkheid winnen. Dit vertaalt zich in een toenemende, koopkrachtige vraag naar eiwitten uit kip en vis en - zij het iets minder - groenten. Dit alles biedt grote kansen voor de Nederlandse agrofoodsector.

Aquacultuur

Vis ziet de Indonesische overheid als de belangrijkste bron van dierlijke eiwitten voor de bevolking. Aquacultuur heeft topprioriteit en de deur staat open voor buitenlandse investeerders, niet alleen voor het verhogen van de productie, maar ook voor havenfaciliteiten, visveilingen en logistiek. “Voor Nederland is vooral de zoetwatervisteelt interessant”, constateert landbouwraad Louis Beijer in Jakarta. “Die sector kampt nu met problemen als hoge voerkosten, relatief lage productiviteit en watertekorten. Partijen als Wageningen UR, De Heus en Nutreco hebben een studie uitgevoerd naar mogelijke kansen. De volgende stap is een voorstel te maken voor een PPP-project met als oogmerk het opzetten van een integrale keten en van trainingen voor viskwekers. Je kunt dan ook denken aan de opzet van een voorbeeldbedrijf. Nederlandse bedrijven en kennisinstellingen kunnen zo bijdragen aan een duurzame vissector.”

FoodTech Indonesia
Lancering partnerschap FoodTechIndonesia

Pluimvee

Pluimvee is de tweede belangrijke bron van dierlijke eiwitten in Indonesië. De sector groeit met 5 tot 7% per jaar. De consumptie per hoofd van de bevolking zal groeien van 9,1 kilo per jaar in 2016 naar 13 kilo in 2023, is de inschatting.

Op 14 maart 2019 werd het partnerschap, FoodTechIndonesia genaamd, formeel gelanceerd op de VIV Asia in Bangkok. FoodTechIndonesia (FTI) is een publiek-privaat initiatief met als doel de pluimveesector in Indonesië te verbeteren en te versterken. Denk hierbij aan de hele keten, zoals genetica, stalsystemen, diervoeders en –gezondheid en slachtlijnen. Het consortium wil door het opzetten van demonstratiebedrijven en het aanbieden van trainingen laten zien dat investeren in Nederlandse producten en oplossingen commercieel aantrekkelijk is voor Indonesië en aansluit bij de Indonesische behoeften. “Ik ben ervan overtuigd dat we een sterk consortium hebben dat in staat is om gebruik te maken van de commerciële mogelijkheden die de Indonesische pluimveesector biedt. Als de hele keten op orde is, worden verliezen beperkt, kan de productiviteit omhoog en kunnen de pluimveebedrijven efficiënt en gezond werken”, aldus Beijer.

Dat in de pluimveesector voldoende kansen liggen, bewijst bijvoorbeeld het Nederlandse diervoederbedrijf De Heus. Dat betrad in oktober 2018 de Indonesische markt door het overnemen van branchegenoot Universal Agri Bisnisindo.

Indonesië wil op het gebied van zuivel van 20% nu naar 50% zelfvoorziening in 2025

Tuinbouw

Al heeft de tuinbouw bij de Indonesische overheid iets minder prioriteit, ook in deze sector wordt hard gewerkt om de productiviteit te verbeteren en te verduurzamen. Niet alleen door slimmer te bemesten, maar ook door minder chemische middelen in te zetten en postharvest-verliezen te beperken. Hier kunnen Nederlandse bedrijven een belangrijke rol spelen. Daaraan heeft ook het zogeheten vegIMPACT-project flink aan bijgedragen. De eerste fase hiervan liep van eind 2012 tot en met 2017 en was gericht op het verbeteren van de productiviteit en markttoegang voor kleine telers. Meer dan 15.000 kleine boeren zijn geholpen door trainingen, velddemo’s en workshops. De coördinatie lag bij Wageningen UR en Nederlandse leveranciers van zaden en landbouwmachines zijn erbij betrokken.

Vorig jaar is vegIMPACT een nieuwe fase ingegaan. “Het accent ligt nu meer op het verbeteren van het groene onderwijs en van de markttoegang, door de samenwerking met lokale private partijen te intensiveren. En specifiek wordt gewerkt aan het introduceren van nieuwe aardappelsoorten en hoge kwaliteit pootgoed. Daarnaast introduceren zaadbedrijven Bejo/De Groot en Slot nieuw zaaigoed voor uien. Dat betekent lagere kosten voor de lokale boeren en veel lagere ziektedruk dan bij het gebruik van pootuien.”

Via dit project wordt ook geïnvesteerd in beter landbouwonderwijs. De nadruk ligt op de link tussen onderwijs en bedrijven, met als doel zoveel mogelijk geschikte studenten af te leveren die in de private sector aan de slag kunnen.

Dairy Village helpt kleine melkveehouders

Indonesië wil op het gebied van zuivel van 20% nu naar 50% zelfvoorziening in 2025. Dat is erg ambitieus, aangezien de meeste boeren maar twee of drie koeien hebben en weinig of geen land. De mest wordt vaak in de rivier geloosd.

De Indonesische overheid wil een omslag bewerkstelligen. Een veelbelovende Nederlandse bijdrage is de eerste Dairy Village, die in december werd geopend in Lembang, West-Java. Deze moderne, duurzame boerderij is opgezet in het kader van het Dairy Development Programma van Frisian Flag Indonesia (FFI, een dochteronderneming van FrieslandCampina). Op de boerderij werken vijf tot tien Indonesische melkveehouders samen. Allen zijn ze lid van de North Bandung Cow Farmers Cooperative. De melkveehouders delen de faciliteiten op de boerderij en krijgen trainingen aangeboden om efficiënter te werken en zo de productiviteit en kwaliteit van de melk te verbeteren.

Door de oprichting van de Dairy Village te ondersteunen, biedt FFI Indonesische melkveehouders de kans om hun economische en sociale positie te verbeteren en ondersteunt het de Indonesische regering bij het verbeteren van de voedselzekerheid. Andere partners in dit project zijn Wageningen UR, Agriterra en The Friesian.

Mei 2019

Deze bijdrage maakt deel uit van de Agrospecial 100 jaar Landbouw Attaché Netwerk. Via onderstaande link kunt u meer lezen over het thema Van veel naar beter waaronder dit artikel valt.